Er was werkelijk waar geen valentijnskaart meer te krijgen dit jaar.
Alles uitverkocht.
Post NL kon zijn borst nat maken. Dacht ik. Maar dat was slechts hoop.
Iedereen bezorgt natuurlijk zijn Valentijnskaart in de ochtend mét croissants zelf op bed bij zijn of haar partner.
En ik kan het mensen niet kwalijk nemen.
Aan PostNL is het niet meer toe te vertrouwen dat ze jouw Valentijnskaart, ondanks dat je deze vóór 5 uur in de middag op de bus hebt gedaan, de volgende dag rond 10 uur bij je lover op de mat laat ploffen.
De kans dat de kaart er met Pasen nog niet is, is levensgroot.
En je vrouw maar wachten en je vervloeken dat je Valentijnsdag bent vergeten.
Of nog érger, dat ze denkt dat je je Valentijnskaart naar een secret lover hebt gestuurd.
PostNL maakt meer kapot dan je lief is.
Maar we hebben het er zelf naar gemaakt. Dat begon al met de fax.
Je verstuurde je brief met een hoop geblieb naar de andere kant van de stad of wereld.
Een uitvinding die, geloof het of niet, al in 1861 in verschillende werelddelen werkte.
Door oorlogen, crisissen en nog meer gedoe is het apparaat door de Japanners pas in de jaren ’80 geperfectioneerd en op grote schaal gekopieerd, want dáár waren de Japanners, nog eerder dan de Chinezen, goed in.
Toen al zakte de fysieke bezorging als een postkaartenhuis in elkaar.
Maar na de introductie van de e-mail leunde de post alleen nog op de girobetaalkaarten
en ouden van dagen, die van enveloppen likken geen genoeg kregen.
Die generatie is door natuurlijk verloop uitgelikt.
De ouden van dagen nu noemen we senioren en zij hebben het likken langzaam ingeruild voor liken.
En girobetaalkaarten zijn tikkies geworden.
Dus de postbezorging in de vorm van brieven en kaarten hebben we zélf de nek omgedraaid, het kind met het badwater weggegooid.
Het briefpapier is bij het oud papier gezet.
Postzegels sparen is er ook al niet meer bij;
je postzegel koop je, áls je al een brief of kaart verstuurt, tegenwoordig online.
Na digitale betaling krijg je een code die je op de plek van de postzegel moet schrijven.
Bizar, je koopt een postzegel en je krijgt een Sodoku.
En die postcode? Die heb je, geef het maar toe, alleen voor de postcodeloterij.
De postbode, met PTT-pet en stevige zwarte fiets, keurig in het pak met een stapel brieven, met breed elastiek bij elkaar gehouden,
is vervangen door een persoon in een wit dieselbusje dat aan álle kanten is gedeukt.
Zo’n gast die je stoep op scheurt of dubbel staat geparkeerd en alleen nog maar pakketjes bezorgt.
Nou ja bezorgt, met een beetje mazzel wordt het voor je deur geflikkerd óf je moet het ophalen in een vage pakketservice-winkel, want aanbellen doen ze veelal niet eens meer.
Al zit je twee dagen achter het raam, zwaai je, zet je je deur open en gebruik je je gastoeter, het maakt niet uit: volgens de pakketservice ben je nóóit thuis.
Brievenbussen en postbezorgers verdwijnen en het enige dat we er aan kunnen doen, is zelf meer post versturen. Dan gaat de prijs van de postzegel door vraag en aanbod ook weer zakken.
Nu is die zo hoog, dat je je kaart beter persoonlijk met het vliegtuig naar Malaga kunt sturen. Dat is goedkoper én sneller!
Of dat je je brief in een doos stopt en via Bol.com verstuurt.
Want op de één of andere manier is pakketpost wél binnen 24-uur te bezorgen.
Het postsysteem moeten we wel in stand houden mensen.
Want wat gaan we doen als het internet er uit ligt?
Afgelopen week lag de stroomvoorziening in Den Haag er bij 45.000 huishoudens uit. En dus ook de wifi. Niks e-mail.
Of als we eindelijk eens doorhebben dat niet alleen dictaturen met onze berichten meekijken, maar nu ook democratisch gekozen regeringen, waarvan belangrijke ministers en adviseurs van de regering, zélf eigenaar zijn van jóuw e-mailserver en al je socials.
Denk jij dat geheime diensten nog gebruik maken van mobiele telefoons of internet?
Welnee joh, dat gaat weer met briefjes, geheimtaal geschreven op rijstkorrels die alleen met ultra violet licht, als de wind uit het noordoosten waait, te zien is.
Ook een beetje agent in nood weet dat bij de eerste de beste scheet zijn portofoon niet meer werkt.
Bij de politieopleiding is daarom bij het onderdeel ‘communicatie’
nu ‘op je vingers fluiten’ en ‘help roepen’ een examenvak geworden.
Nee, hou het gewoon bij brieven en de post en ik zeg we moeten nóg meer back-to-basic, want overal zijn personeelstekorten.
Ik zeg postduiven.
Vroeger had je op ieder dak wel een duiventil, waar menig Hagenees stond te dakgabberen om zijn duif naar binnen te krijgen. Oehoe, oehoe.
Die oeroude Haagse traditie moeten we terugbrengen.

Als het hele e-mail gebeuren niet meer werkt en het hele systeem van postbezorging de nek is omgedraaid, zijn postduiven nog onze enige redding.
Ze zijn vliegensvlug, gaan dwars door ons luchtruim en hebben overal schijt aan, dus ook aan rode stoplichten en verkeersdrempels.
Ongekend hoe precies die duiven, zonder dieselbusjes, zonder navigatiesystemen en zonder postcodes, in een recordtempo de weg weten te vinden van Parijs, Champs-Elysees, naar Den Haag
Neherkade 3 hoog achter.
En dat zero-emissie, nou ja, een beetje duivenstront en wat stoflongen dan.

Ik wens u een fijne dag en stuur gerust uw reactie.
Het liefst via een briefkaart!